Guido Snel (Universiteit van Amsterdam)
Als onderdeel van een breder onderzoeksproject naar de rol van de kunsten en de literatuur in de creatie van een Europese publieke sfeer na 1989 en vooral tijdens de Joegoslavische oorlogen, presenteer ik in deze lezing een aantal literaire werken (geschreven na 1989) die met hun referentie aan Odysseus en diens vermeende terugkeer na 1989 een lastige kwestie opwerpen. De werken die ik bespreek presenteren Odysseus-figuren in essays en fictie om de Europese wereld na de val van de muur te karakteriseren. Het aspect van Odysseus dat daarbij wordt belicht is dat van de thuisloosheid en ballingschap. Een veel pijnlijker, maar niet minder relevant aspect van de Homerische Odysseus blijft daarbij onderbelicht: de stedenverwoester. Tegelijk roepen deze werken, door de (directe of indirecte) verwijzing naar de Ulysses van Joyce ook nog een andere belangrijke vraag op. Waar moet het heen met de romankunst nu zeker ‘moeilijke’ literatuur, getuige bv. William Marx, in toenemende mate een marginale rol speelt in de publieke sfeer? In mijn lezing ga ik in op werk van Magris, Sebald en de Kroatische schrijfster Daša Drndić.